Het gemaal van de Oost Abtspolder werd in 1878 gesticht op de plaats van een oudere windwatermolen aan de Delftse Schie, die vermoedelijk uit de 16e of uiterlijk begin 17e eeuw dateerde. Nadat de polder in het midden van de 19e eeuw tot plas verveend was, werd de Commissie tot Droogmaking Der Plas in den Oostabtspolder opgericht, die overging tot de stichting van een stoomgemaal. Het gemaal werd vernoemd naar P. en J. Hoogerbrugge, resp. lid en adviserende lid van de commissie en beide enige tijd voorzitter van het polderbestuur.
Het ontwerp voor het gemaal werd opgesteld door de Delftse ingenieur P.A. Korevaar. Het gemaal werd uitgerust met een installatie bestaande uit een 42 pk sterke horizontale stoommachine en twee paar dubbel werkende zuigperspompen. De pompen hadden twee verschillende peilniveaus: het gebied van de droogmaking na vervening en de niet-verveende landen: de Bovenpolder.
In 1937 werden de pompen waarschijnlijk vervangen door centrifugaalpompen van de machinefabriek NV Jaffa. De stoominstallatie werd tegelijkertijd vervangen door een elektrische aandrijving en het oude ketelhuis werd verbouwd tot woonhuis. Het gemaal werd omstreeks 1976 gesloopt bij een herinrichting van het gebied.
Uitgebreid zoeken in de database